Een shuntuitschakelonderbreker werkt door een ingebouwd shuntuitschakelapparaat op te nemen waarmee de onderbreker op afstand kan worden geactiveerd. Het shunt-uitschakelapparaat bestaat uit een solenoïde of spoel die, wanneer bekrachtigd door een extern stuursignaal, de onderbreker mechanisch activeert om te openen. Dit ontwerp zorgt ervoor dat de onderbreker niet alleen kan worden geactiveerd door de interne beveiligingsmechanismen, maar ook door een extern besturingssignaal voor doeleinden zoals nooduitschakelingen, ontkoppeling op afstand of integratie met brandalarmsystemen.
Een shuntuitschakelonderbreker wordt geactiveerd door een extern elektrisch signaal dat naar de shuntuitschakelspoel wordt gestuurd. Dit signaal is doorgaans afkomstig van een besturingsapparaat, zoals een schakelaar, relais of automatiseringssysteem. Wanneer het besturingsapparaat een toestand detecteert waarbij de onderbreker moet worden geopend (bijvoorbeeld als er een noodstopknop wordt ingedrukt of als er een brandalarm wordt geactiveerd), stuurt het een spanning naar de shunt-uitschakelspoel. De bekrachtigde spoel genereert een magnetisch veld dat een mechanische verbinding beweegt, waardoor de onderbreker uitschakelt en het circuit wordt geopend.
Het werkingsprincipe van een shunttrip omvat het gebruik van een elektromagnetisch mechanisme om de onderbreker te activeren. Wanneer de shunt-uitschakelspoel een elektrisch signaal ontvangt, creëert deze een magnetisch veld dat een plunjer of anker beweegt. Deze beweging activeert mechanisch het uitschakelmechanisme van de onderbreker, waardoor de contacten openen en het circuit onderbreken. Dit maakt het op afstand of automatisch uitschakelen van de stroom mogelijk, waardoor de veiligheid en controle in elektrische systemen wordt verbeterd.
Shunt-uitschakelonderbrekers zijn normaal gesproken gesloten tijdens normaal bedrijf, wat betekent dat het elektrische circuit compleet is en er stroom doorheen stroomt. Ze blijven in de gesloten positie totdat de shunt-uitschakelspoel wordt bekrachtigd door een extern signaal. Wanneer het wordt bekrachtigd, treedt het shunt-uitschakelmechanisme in werking, waardoor de onderbreker wordt uitgeschakeld en de contacten worden geopend, waardoor het circuit wordt onderbroken en de stroomstroom wordt gestopt.
Een shuntuitschakelonderbreker van Siemens werkt op dezelfde manier als andere shuntuitschakelonderbrekers. Het bevat een shunt-uitschakelspoel die, wanneer hij wordt bekrachtigd door een extern stuursignaal, het uitschakelmechanisme van de onderbreker activeert. Siemens shunt-uitschakelonderbrekers worden vaak gebruikt in industriële en commerciële toepassingen waar externe of geautomatiseerde bediening van stroomcircuits vereist is. Het precieze ontwerp en de werking zijn afhankelijk van het specifieke model, maar het fundamentele principe blijft hetzelfde: een extern signaal bekrachtigt de shunt-uitschakelspoel, waardoor de onderbreker wordt geopend en het circuit wordt ontkoppeld.
In een circuit werkt een shunt door een alternatief pad te bieden voor het stromen van stroom, meestal parallel aan het hoofdpad. Shunts worden vaak gebruikt om stroom te meten door een bekend pad met lage weerstand te creëren waar een spanningsval kan worden gemeten. Deze spanningsval, evenredig met de stroom, maakt een nauwkeurige stroommeting mogelijk. In de context van een shuntuitschakelonderbreker verwijst de term “shunt” naar het shuntuitschakelmechanisme, een hulpapparaat waarmee de onderbreker op afstand kan worden geactiveerd door een extern signaal. De shunt-uitschakelspoel creëert een magnetisch veld wanneer hij wordt bekrachtigd, waardoor het uitschakelmechanisme van de onderbreker wordt geactiveerd om het circuit te openen.