Chiraal verwijst naar een molecuul of object dat chiraliteit vertoont, wat betekent dat het niet over het spiegelbeeld heen kan worden gelegd. Chirale entiteiten hebben een niet-superponeerbaar spiegelbeeld, vaak beschreven als ‘handigheid’. Deze eigenschap ontstaat wanneer een molecuul een of meer asymmetrische koolstofcentra bevat of een symmetrievlak of symmetriecentrum mist. Chiraliteit is belangrijk in de chemie en biologie omdat het de interacties van het molecuul met andere moleculen, waaronder enzymen en receptoren, beïnvloedt.
Chiraal en achiraal beschrijven de symmetrie-eigenschappen van moleculen. Een chiraal molecuul heeft een niet-superponeerbaar spiegelbeeld, wat betekent dat het asymmetrie vertoont in zijn ruimtelijke ordening. Het aminozuur alanine is bijvoorbeeld chiraal vanwege het asymmetrische koolstofatoom, dat aanleiding geeft tot twee enantiomeren: L-alanine en D-alanine. Daarentegen kunnen achirale moleculen over hun spiegelbeelden heen worden gelegd. Een voorbeeld is meso-wijnsteenzuur, dat ondanks het feit dat het twee chirale centra heeft, interne symmetrie bezit waardoor het optisch inactief is.
Chirale verbindingen zijn moleculen of objecten die chiraliteit bezitten, wat betekent dat ze handigheid vertonen en niet over hun spiegelbeelden heen kunnen worden gelegd. Deze eigenschap wordt doorgaans waargenomen in moleculen die een of meer asymmetrische koolstofatomen bevatten of bepaalde symmetrie-elementen missen. Chiraliteit speelt een cruciale rol op verschillende gebieden, waaronder de farmacologie, waar de verschillende ruimtelijke arrangementen van chirale geneesmiddelen kunnen leiden tot duidelijke biologische effecten en interacties met receptoren.
Achiraal verwijst naar moleculen of objecten die geen chiraliteit hebben en over hun spiegelbeelden heen kunnen worden geplaatst. Deze entiteiten bezitten symmetrie-elementen zoals een symmetrievlak of een symmetriecentrum dat ze in helften verdeelt die elkaar spiegelen. Achirale moleculen vertonen geen handigheid of asymmetrie in hun ruimtelijke ordening. Een voorbeeld van een achiraal molecuul is benzeen, dat een symmetrievlak bezit dat door het midden loopt en het in twee identieke helften verdeelt.