Sommige lampen, vooral bepaalde soorten fluorescentielampen of LED’s, kunnen zwak blijven branden, zelfs nadat ze zijn uitgeschakeld. Dit fenomeen treedt op als gevolg van resterende elektrische lading of capaciteit in het circuit. Wanneer de schakelaar wordt uitgeschakeld, stopt de stroom naar de lamp, maar er kan nog steeds voldoende restlading zijn opgeslagen in het circuit of in de interne componenten van de lamp, zodat deze een zwakke gloed uitstraalt. Deze gloed is meestal erg zwak en valt meer op bij weinig licht.
LED-lampen kunnen blijven branden of gloeien nadat ze zijn uitgeschakeld vanwege een fenomeen dat bekend staat als lekstroom. LED’s zijn zeer efficiënt en gevoelig voor zelfs kleine hoeveelheden stroom. Wanneer de schakelaar uit staat, kan er nog steeds een kleine hoeveelheid elektrische lekkage optreden via de schakelaar of de bedrading, wat voldoende kan zijn om de LED-lamp zwak te laten branden. Deze lekstroom is doorgaans erg laag, maar kan voldoende zijn om de LED licht te laten uitzenden, zij het met een zeer lage intensiteit.
Om het fenomeen van spookstroom, dat ervoor zorgt dat lampen gaan gloeien nadat ze zijn uitgeschakeld, te elimineren of te verminderen, kunnen verschillende stappen worden ondernomen. Eén effectieve methode is ervoor te zorgen dat de schakelaar die wordt gebruikt voor het regelen van de lamp van goede kwaliteit is en is ontworpen om het circuit volledig te onderbreken wanneer deze in de uit-stand staat. Bovendien kan het gebruik van een schakelaar met een hogere spanning dan de bedrijfsspanning van het circuit lekstromen helpen voorkomen. Door te zorgen voor een goede aarding en isolatie van elektrische bedrading kan ook het optreden van spookstromen worden geminimaliseerd, waardoor lampen gaan gloeien terwijl ze uit moeten zijn.
Wanneer een lamp brandt wanneer de schakelaar is gesloten (ingeschakeld), duidt dit doorgaans op een ander probleem dan wanneer de lamp brandt nadat deze is uitgeschakeld. In dergelijke gevallen zijn de meest voorkomende redenen een losse verbinding of een bedradingsfout in het elektrische circuit. Losse verbindingen kunnen een gedeeltelijk circuitpad met hoge weerstand creëren, waardoor er stroom door de lamp vloeit, zelfs als de schakelaar open (uit) zou moeten zijn. Bedradingsfouten, zoals onjuiste bedrading of beschadigde isolatie, kunnen ook leiden tot onbedoelde stroompaden waardoor de lamp gaat gloeien terwijl deze geen stroom van de schakelaar zou moeten ontvangen. Het is belangrijk om deze problemen snel aan te pakken om de veiligheid en goede werking van de elektrische installatie te garanderen.