Zelfaangedreven generatoren, zowel DC- als AC-types, vertrouwen op een proces waarbij een kleine initiële spanning wordt gegenereerd om het opwekkingsproces op gang te brengen zonder dat een externe stroombron nodig is.
Een zelfopgewekte gelijkstroomgenerator begint doorgaans met restmagnetisme in de veldpolen. Wanneer de generator aanvankelijk op snelheid wordt gebracht door de as handmatig of op een andere manier te draaien, induceert het resterende magnetische veld een kleine spanning in de ankerwikkelingen. Deze initiële spanning wordt via een spanningsregelaar of controller teruggevoerd naar de veldwikkelingen. Naarmate de spanning in de veldwikkelingen toeneemt, wordt het magnetische veld versterkt, waardoor verdere spanningsopwekking in de ankerwikkelingen ontstaat. Deze positieve feedbacklus gaat door totdat de generator zijn bedrijfsspanning en frequentie bereikt.
Zelfstartgeneratoren verwijzen naar generatoren die hun opstartsequentie automatisch kunnen initiëren zonder menselijke tussenkomst. Deze systemen integreren vaak geavanceerde regelcircuits of sensoren die de behoefte aan stroomopwekking detecteren, bijvoorbeeld wanneer de netstroom uitvalt in stand-bygeneratoren. Normaal gesproken omvat een zelfstartgenerator een startmotor die wordt aangedreven door een ingebouwde batterij of een andere energiebron. Wanneer een signaal de generator ertoe aanzet om te starten, zorgt de startmotor voor rotatie van de motor, die op zijn beurt de generator aandrijft. Zodra de generator voldoende snelheid en uitgangsspanning bereikt, schakelt hij over van het gebruik van de startmotor naar het zelfstandig opwekken van stroom.
Zelfaangedreven AC-generatoren werken op dezelfde manier als hun DC-tegenhangers, maar zijn complexer vanwege de wisselende aard van de stroom die ze produceren. In een AC-generator kan initiële excitatie plaatsvinden via restmagnetisme of via een afzonderlijk excitersysteem. De exciter is een kleinere generator of een exciterwikkeling die is aangesloten op de as van de hoofdgenerator. Aanvankelijk produceert restmagnetisme of een kleine spanning van de exciter een wisselspanning in de statorwikkelingen van de hoofdgenerator. Deze wisselspanning wordt vervolgens gelijkgericht en via een spanningsregelaar of controller teruggevoerd naar de veldwikkelingen. Naarmate het magnetische veld in de veldwikkelingen sterker wordt, induceert het verdere spanning in de statorwikkelingen, waardoor een zichzelf in stand houdend proces van spanningsopwekking ontstaat.
Zelfexcitatie in generatoren wordt op verschillende manieren bereikt, afhankelijk van het type en ontwerp van de generator. Voor zowel gelijkstroom- als wisselstroomgeneratoren gaat het doorgaans om het gebruik van restmagnetisme of een initiële spanningsbron om de opwekking van elektrische energie op gang te brengen. Dit proces vereist een zorgvuldig ontwerp van de veldwikkelingen, ankerwikkelingen en regelcircuits om een stabiele en betrouwbare werking te garanderen. In moderne generatoren spelen elektronische spanningsregelaars of besturingssystemen een cruciale rol bij het bewaken en aanpassen van de excitatieniveaus om optimale prestaties en spanningsregeling te behouden onder variërende belastingsomstandigheden.